Onderweg

Waar ik ook heen ga, ik ben nooit alleen. Sterker nog, ik heb al vele bijzondere mensen ontmoet tijdens mijn reisjes naar mijn school die, voor de handigheid, 110 kilometer verderop staat. Zo zag ik laatst een mevrouw die sowieso afgevaardigd zou worden naar Londen als er een sport bestond voor vrouwen die veel dingen tegelijkertijd kunnen doen. Op haar hurken zat ze op het perron, terwijl ze een boek las én een boterham zat, zonder dat er kruimels op de bladzijden vielen. Respect. Nog zo’n übervrouw liep me voorbij op 15 centimeter hoge stiletto’s terwijl ze haar lippen stiftte. Had ik al gezegd dat ze líep? En het was nog maar maandag.

De volgende dag kwam ik een man tegen die graag veel dingen tegelijkertijd zou willen kunnen, maar er niet helemaal in slaagde. Zo haalde hij, meteen nadat hij zuchtend ging zitten met zijn zware tassen, zijn iPad tevoorschijn. Om die na twintig minuten in te ruilen voor zijn MacBook. Die hij na een tijdje dicht klapte om vervolgens een iPhone uit z’n broekzak te toveren. Ik bedacht op dat moment dat het waarschijnlijk veiliger zou zijn om geld in te zetten op de vraag of hij thuis een iMac zou hebben staan dan om aandelen van een of ander super betrouwbaar bedrijf te kopen.

Tijdens de treinreis van Zwolle naar Groningen kan ik me eindeloos vermaken met het bestuderen van mensen met smartphones. Zulke handige dingen! Je kunt hem gebruiken op het perron, wachten tot je een zitplaats in de trein gevonden hebt of hem heel onafhankelijk pas uit je zak halen als je wordt gebeld. Je kunt met twee duimen typen of met één wijsvinger, er spelletjes op spelen, hem op je schoot leggen en hopen dat je een berichtje krijgt op Whatsapp en je kunt er zelfs muziek mee luisteren. Dat laatste wordt vooral veel gebruikt door jongens met oorbellen en Nike Air Max die graag een gehoorbeschadiging op willen lopen en maar niet willen snappen dat andere mensen hun muziek misschien niet zo leuk vinden als zij. Vooral die ene meneer niet.  Je weet wel, die man die afgelopen woensdag rood aangelopen schreeuwde dat het A-SO-CI-AAL was om zulke harde muziek te luisteren in een stiltecoupé. En om te praten. En om adem te halen.

Gelukkig wordt er over het algemeen niet heel veel gepraat in de trein. De ongeschreven regel is namelijk dat je nooit, maar dan ook nóóit naast of tegenover iemand gaat zitten. Het tegenovergestelde van deze regel geldt in geval van vertragingen in combinatie met te korte treinen. Dan is het juist de bedoeling dat je oeverloos met je buren gaat discussiëren over die donderdagmorgen in februari 2006 waarop het óók sneeuwde. En als je het er dan toch over hebt, kun je meteen vertellen dat je toen óók vertraging had en dat er geen zitplaatsen waren en dat het zo koud was en de informatievoorziening zo slecht was maar de koffie wel lekker maar je geen koekje bij je had en je zus ook mee was en je moest plassen en er toen tenminste nog wc’s in de trein waren en…

Dan komt er het moment dat de trein vaart mindert en je bestemming in zicht is. De groentjes (mensen die vrijwel nooit met de trein gaan) maken ongeveer een kwartier voor aankomst aanstalten om op te staan. Ze pakken hun tas in, ritsen hun jas dicht en gaan als een kudde koeien voor de deur staan wachten. De mensen met haast lopen naar de uitgang zodra de conducteur omroept dat we er bijna zijn en de ervaren, relaxte reizigers staan pas op als de hele kudde naar buiten gestommeld is en de trein comfortabel stil staat. En ondertussen allemaal stiekem giechelen om die ene persoon die in slaap is gevallen en waarschijnlijk nóg verder van huis wakker wordt.

Aangezien mensen nog steeds niet snappen dat het best logisch is om eerst de mensen uit de trein te laten voordat je naar binnen stormt, duurt het een momentje of twee voordat je weer op het perron staat. Ondertussen luister je naar het verhaal van die ene bejaarde man over dat ‘vroeger alles beter was’ omdat mensen toen beleefder waren en minder haast hadden. Toen reden de treinen zeker ook nog op tijd.

De reis vervolgt zich met de bus, die altijd zó vol is dat je er in tien minuten meer lichaamscontact hebt met een totale vreemde dan in een week met je vriendje of vriendinnetje. Om over de voor een ‘roekeloos-rijgedrag cursus’ rijpe buschauffeur nog maar niet te spreken.

Eenmaal op school weet ik altijd opeens weer waarom ik die hele reis afleg om wat colleges te volgen: omdat ik wat wil leren en dat diploma wil, maar vooral zodat ik later genoeg ga verdienen om een auto te kunnen kopen.

Een reactie op “Onderweg

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s