Het is me allemaal wat.

Bejaarden zijn fascinerende schepsels. Je hebt twee soorten: de Dankbare en de Zeur.

Degenen die tot de eerste groep behoren, zijn fantastisch; dankbaar voor al het geluk dat hun familie en vrienden hebben en altijd standby voor een kopje thee. Ze begroeten je bij binnenkomst in de bus, de lift en de wachtkamer van het ziekenhuis standaard met ‘daag’, om vervolgens een poosje later afscheid van je te nemen met ‘nou dáág’. In de tussentijd proberen ze een gesprek met je aan te gaan over het weer, het weer of het weer, terwijl ze niet-begrijpend naar je smartphone staren.

Categorie twee is de norse bejaarde, die meent dat er nooit naar hem geluisterd wordt en dat iedereen in zijn omgeving alleen maar dood gaat. Bij deze groep is het benoemen van kwaaltjes en ziektes erg populair.

In de wachtkamer op de ziekenhuisafdeling oogheelkunde zat het vanmorgen vol met c2’tjes. De situatie was het meest vergelijkbaar met het kringgesprek wat je vroeger op de basisschool had op maandagochtend. Klasgenoot A beweerde dan dat ie naar de maan was geweest, B vertelde over zijn vader die een vaas naar zijn moeder had gegooid en C stotterde zo erg dat iedereen na een halve minuut al van verveling op zijn stoel zat te wiebelen.

Terug naar de wachtkamer. Mevrouw van de Ven had een nieuwe knie. Maar die had ze al sinds juli en hij werkte nog stééds niet naar behoren. Het was wat. Meneer Stouwdam had een beter verhaal. Twee herseninfarcten en een gebroken heup stonden nog vers in zijn geheugen gegrift. Dát was pas wat. Mevrouw de Wit was vanmorgen wakker geworden met een blind oog. Ook wat.

“Wat heb jij dan lieve kind?” “Alleen maar een gebroken hart mevrouw. En ik zie een beetje wazig de laatste tijd.” Nou dat was me helemaal wat voor zo’n jonge deerne.

Ondertussen kwam de vrouw van meneer Stouwdam ook de wachtkamer binnen schuifelen. “Loop maar even om moeder, je bent veel te dik om tussen die stoelen door te passen.”

“Het leven zonder man is zo gek nog niet hoor meiske,” fluisterde mevrouw de Wit samenzweerderig in mijn oor.

Eindelijk riep de dokter mijn naam en ik stond snel op. “Nou dáág!”

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s